Van het probleem tot Saigon en weer Saigon!

16 juli 2010 - Battambang, Cambodja

Susuhdeej!

Ofzoiets. Geen idee of er wel een westerse spelling voor Khmer, de taal van Cambodia, bestaat maar zo klinkt het in ieder geval als ze 'hallo!' zeggen.

Ja, ik zit nu dus in Cambodia, alweer bijna twee weken zelfs. Het bevalt hier prima maar eerst wil ik toch even mijn verhaal over Vietnam afmaken. Dit zal dan het laatste verhaal over dat land worden, en er is nog zoveel te vertellen! Gelukkig heb ik even de tijd genomen, vanochtend een paar uur gefietst en gisteren nog meer, maar meer daarover later in het volgende blogbericht (als ik tijd en zin heb schrijf ik die ook vandaag zodat ik niet meer telkens achterloop).

Ik was gebleven bij dat probleem waar ik mezelf in terecht kreeg, dat van de brug die kapot was en ik zo stom was er alsnog langs te gaan en weer terug moest weet je nog? Goed, ik was doordrenkt van de regen en het pad terug langs de brug was inderdaad in een modderpad veranderd. Mezelf vervloekend en na een diepe ademteug ging ik dan toch maar met de motor voorzichtig weer over het pad. Na een paar bijna-vallen reed ik dan door de rivier, ik was halverwege!

Of dat dacht ik tenminste. Er was één stuk van het pad waar ik al van begins af aan bang voor was geweest om daarover terug te gaan; een stuk rots dat zo'n 20 centimeter hoog was en waar ik overheen moest om op de weg te komen. Het klinkt niet zo moeilijk maar het pad liep al redelijk stijl op vanaf de rivier, het was glad en modderig door de regen en die rots was nog gladder. Ook lagen en veel stenen omheen en ik was bang dat als ik op mijn motor zou zitten, veel vaart zou maken en vervolgens zou vallen, het wel eens een erg, erg lelijke val zou kunnen worden. Met niemand in de buurt om je te helpen en met voeten waarmee ik nog steeds veel moeite had om te lopen leek me dat niet zo'n verstandig idee.

Alle bagage van de motor gehaald, en er maar naast gelopen om 'm de helling op te duwen terwijl ik gas gaf. Poging na poging mislukten, de motor bleef vallen, kwam vast te zitten, zelfs wanneer ik het voorwiel bovenop de rots kreeg, het achterwiel bleef stug slippen in de modder en op de gladde rotswand. Stenen verplaatsen, aanloopjes nemen, niets hielp. Tot ik het idee kreeg mijn Vietnamese vlag, die Marcus gekocht had maar die ik nooit echt gebruikt heb (te lui om een vlaggenstok te kopen en had ook niets om deze aan te bevestigen), op de grond te leggen voor grip. Het was een grote vlag dus het zou wel eens kunnen helpen dacht ik zo. En ja hoor, na 2 pogingen kreeg ik dan ook eindelijk het achterwiel bovenop de rots! De rest van het pad was in vergelijking met die hindernis een eitje en voor ik het wist zat ik weer met bagage en al op de motor, ik had het gered!

Maar ik was er nog niet, want Dalat was nog steeds een half uur (om terug op de hoofdweg te komen) en 100 kilometer van mij vandaan. Door de omweg had ik zo'n 3 uur verloren, wat op zich niet erg was dacht ik aangezien ik makkelijk binnen 2 uur in Dalat kon zijn zodra ik weer op de hoofdweg was. Eindelijk weer een goede weg! Maar je raadt het al, zoveel geluk had ik niet die dag. Na welgeteld 10 hele minuten veranderde ook de hoofdweg van een goed geasfalteerde weg in een weg vol met gaten. Ook liep de route door hoge gebergtes heen die prachtig waren maar daar had ik niet echt de aandacht voor. Het was koud, ik was nat en moe. Ik stopte langs de weg om wat te eten, rustte wat uit maar ik kon onmogelijk lang uitrusten want als ik iets niet wilde was het op een smal weggetje door de bergen vol met gaten in het donker rijden. Dus moest ik doorgaan van mezelf, en na een paar uur kwam ik haast in een soort trance. Dalat werd een soort magisch woord, elke milestone hield ik in de gaten en de kilometers telden af. Vlak voor zonsondergang kwam ik dan toch weer op een goede weg die direct naar Dalat liep! De kilometers leken voorbij te kruipen aangezien ik nu toch tegen mijn eerdere plannen in het donker reed. Om 8 uur 's avonds, het klinkt vroeg maar het voelde gigantisch laat, was ik er dan eindelijk! 14 uur gereden en als je het probleem met de brug niet als stop rekent (het was niet echt rustgevend) dan was de langste stop die ik gehad heb 20 minuten. Maar ik had het gered! Wat voelde dat als een overwinning!

De volgende dag heb ik, zoals jullie hopelijk wel begrijpen, niet veel gedaan. Ik het het 'Krazy House' bezocht, een soort krankzinnige architectuur, en toen ik daar ontdekte dat ik er nauwelijks plezier in had omdat elke keer dat ik van mijn motor afkwam mijn voeten in de fik leken te staan, ben ik ook maar eindelijk eens naar het ziekenhuis gegaan. Daar bleek gelukkig dat ze niet gebroken waren maar dat mijn spieren de klap op hadden gevangen. Wat pijnstillers en zalfjes meegekregen (kosten voor medicijnen in Vietnam zijn lachwekkend) en het advies ze zo min mogelijk te belasten.

Dus zat er voor mij die dagen daarna niet veel anders meer op dan mijn weg naar Saigon (Ho Chi Minh City) te vervolgen. Eigenlijk had ik wel zin om naar Saigon te gaan, na zo lang in kleine plaatsen te zijn geweest had ik wel zin om weer in zo'n stad van wereldformaat te zijn! En ik ben er dan ook aangekomen hoor! Saigon, de stad waar ik al die tijd naar op weg was! Ik had natuurlijk een heel verwelkomingscomité verwacht, met trompetten en drums en een rode loper waarbij de burgemeester (of een leuk Vietnamees fotomodel) me verwelkomde en me feliciteerde met het feit dat ik het avontuur Hanoi - Saigon op de motor overleefd had. Helaas bleek dit niet het geval te zijn (wisten ze wel dat ik vandaag kwam of hadden ze de verkeerde datum in hun agenda?) dus vond ik een leuk hostel en plofte ik op bed.

Saigon bleek een hele leuke stad te zijn. Ik ging naar het War Museum, waar ik nog meer leerde over de oorlog die dit hele land verwoestte en waarbij ik ook veel foto's zag van plekken waar ik zelf geweest was, maar dan helemaal in puin door bombardementen. Het Reunification Palace was het paleis waar de Zuid-Vietnamezen vanuit opereerden en het werd Reunification Palace gedoopt nadat de Vietcong (in Vietnam liefkozend 'the Liberation Army' genoemd) Zuid-Vietnam verslagen hadden.

Ook leerde ik een aantal leuke mensen kennen, en met een paar van hen ging ik naar de Cu Chi tunnels op de motor. Ben, Duitse jongen, en Paula, Nieuw-Zeelandse, huurden er beiden eentje. Paula had nog nooit op een motor gezeten dus dat was wel even wennen in het verkeer van Saigon (en lachen voor Ben en mij) maar ze wende snel. Ook was het onderweg gaan regenen (ja het regent veel hier, niet voor niets regenseizoen) en kwamen we op een gegeven moment op een geasfalteerde weg waar een laag modder overheen lag. Dat bleek als ijs te zijn want Ben, die voorop reed, slipte al na een paar seconden weg, ik reed achter hem maar met mijn uitwijkmanoeuvre gleed ook ik uit en Paula wist net voor de modder te stoppen en nadat Ben en ik van de schrik bekomen waren lachte ze ons (terecht) uit; we zaten echt onder de modder! Verder waren de motoren en wijzelf vrijwel ongedeerd dus het was inderdaad grappig. Nog grappiger werd het toen we een paar minuten later weer heel voorzichtig wegredenen Paula, zonder ook maar op haar motor gestapt te zijn, ook uitgleed en nog meer onder de modder zat dan wij!

Helemaal vies kwamen we dan eindelijk bij de tunnels, die in de oorlog door de Vietcong gebruikt werden en van de grens met Cambodia helemaal tot aan Saigon strekken. De gids die we huurden (inbegrepen bij de tickets) leek er niet echt zin in te hebben want hij praatte ongeïnteresseerd en als één van ons stopte om een foto te maken liep hij gewoon verder alsof we in een achtbaankarretje zaten dat overal precies voor een bepaalde tijd moest stoppen. Toch was het erg interessant (de tunnels waren claustrofobisch smal!) dus waren we blij er naartoe te zijn gegaan.

Op de terugweg waren we een beetje laat, of eigenlijk was ikzelf een beetje laat aangezien ik met iemand anders die avond had afgesproken om de wedstrijd Nederland - Japan (ja zo lang geleden is het alweer) te kijken. Aangezien ik haar telefoonnummer niet had racete ik op Ben en Paula vooruit, met als gevolg dat ik uiteindelijk de weg kwijtraakte. Saigon is een stad met meer dan 7 miljoen inwoners en een logisch stratenpatroon is ver te zoeken. Na een lange tijd wist een hele aardige vrouw die een copyshop had, me te vertellen hoe ik bij de straat van mijn hostel kwam en ze liet haar zoon me zelfs het eerste stuk begeleiden!

Toch was ik nog eerder terug dan Ben en Paula, en kon ik de laatste 7 minuten van de wedstrijd zien. Toen we ons alle drie opgefrist hadden (die modder moest er toch een keer af komen) zijn we nog even wat gaan eten en heb ik een nieuwe verslaving ontdekt: frozen yogurt! Het is ijs maar geen ijs, oh wat lekker! En je mag zelf je bakje vullen met allerlei smaken en extra's zoals aarbeien, ananas of chocoladestukjes!

De avcond erop was er ook wel een om te herinneren. Ben was die dag weg gegaan en voor hem in de plaats was Michael gekomen, een Amerikaan die we al eerder hadden leren kennen. De hele dag zaten we Paula een beetje te plagen dat haar team, Nieuw-Zeeland dus, die avond compleet ingemaakt zou worden door Italië, de toenmalige wereldkampioen zoals iedereen weet. Niets bleek minder waar, het werd 1-1 en we waren stomverbaast! Echt ontzettend gaaf! Daarnaast vonden we een superleuke bar met fantastische live muziek waar we ons prima vermaakten. Toen ze om 12 uur sloten liepen we over straat waarbij we ergens muziek vandaan hoorden komen. Nieuwsgierig keken we waar het vandaan kwam en ontdekten we een groot feest vol verklede studenten waarbij het moeilijk was een thema te ontdekken. Meteen werden we verwelkomd als VIP's door de meesten, we kregen biertjes in de handen gedrukt en ze legden ons uit dat het een viering was van het 'lunar festival'. Nouja, het had iets te maken met het feit dat het net de langste dag van het jaar geweest was. Maar wat een knettergek feest! Naast alle vreemd verklede figuren was er ook een catwalk met een jury en een filmploeg. Nadat de 'mode''show afgelopen was ging iedereen helemaal los op de catwalk en iedereen wilde dat wij meededen, volgens mij waren ze trots dat er buitenlanders op hun feest waren ofzoiets. We kregen nog meer bier en leerden veel mensen kennen, helaas was het feest veels te snel afgelopen. Helemaal in een lachkick hebben we volgens mij nog uren in ons hostel doorgelachen, wat een vette avond!

Die dag erop ging Paula naar Mui Ne en waren Michael en ik te brak om nog veel te doen die dag. Dan maar weer naar dezelfde bar die avond en al was het leuk, het evenaarde niet de avond ervoor. De volgende ochtend vertrok ik vroeg, ik was nog niet bereid afscheid te nemen van mijn motor en ik wilde graag nog één ding in Vietnam zien waar ik veel over gehoord had; Phu Quoc eiland! Dus dan maar door de ultraplatte Mekong Delta naar Rach Gia, waarvan ik de volgende ochtend met motor en al de boot naar dat eiland nam.

Ik wil dit verhaal niet al te lang maken (dat is het al) dus ik zal iets beknopter mijn tijd op Phu Quoc en daarna beschrijven, al had ik er net zo'n geweldige tijd als in Saigon. Ik leerde er een heel stel Australiërs en Britten kennen waarmee ik mijn tijd op het eiland doorbracht. Gesnorkeld, met mijn hele 'gang' op de motor het eiland verkend, veel gezwommen, heerlijk gegeten (en ook gedronken ;) ) en natuurlijk lekker op het strand gelegen om gigantisch te verbranden. Ook op de weg terug naar Saigon, een week later, verbrandde ik wederom. Ook werd ik zwart als roet (en ik overdrijf hier niet!) door al het stof op de wegen. Ik wist zelf niet hoe ik er uit zag tot ik in mijn hotelkamer in de spiegel keek, maar nu snapte ik wel waarom zoveel mensen me niet de weg wilde wijzen! Ik werd zelfs bang van mezelf, met door de hitte en verbranding loskomend vel en overal stof en roet. Op de motor had ik dan ook nog een zonnebril op wat het geheel al helemaal compleet moet hebben gemaakt!

In Saigon heb ik dan weer wat leuke mensen ontmoet, waaronder iemand die mijn motor van me overkocht nadat ik allerlei verhalen over mijn tijd door Vietnam vertelde, wat een geluk! Hem en zijn vriend geïnstrueerd en aan een tweede motor geholpen, en de rest van de tijd met hun vriendinnen en Linh, een Vietnamese meid van 27 die in een ander hotel werkte doorgebracht. Ontzettend aardige meid die ik in mijn eerste tijd in Saigon ontmoette en die me naar veel plekken bracht waar de meeste toeristen niet zo snel kwamen, vooral de beste plekken om te eten & drinken wist ze goed te vinden!

Maar, nadat mijn motor verkocht was en de twee jongens vertrokken was er niets meer over voor mij om te blijven dus boekte ik (nee, Linh boekte met haar contacten in de reisbranche) een bootticket naar Phnom Penh, de hoofdstad van Cambodia. Eerst echter een verschrikkelijke rit met de bus die me om half 2 in de middle of nowhere afzette. Het hotel waar ik om 7 uur 's ochtends was net als alle andere hotels gesloten. Uiteindelijk bracht ik de nacht door met wat tuk-tuk drivers op een straathoek (wat zij een café noemden) en hadden we het veel over voetbal (Nederland maakte toen echt nog een kans!) en allemaal onzin. Eindelijk kwam de zon op en kon ik op de boot! Tam Biet Viet Nam, toi co yeu ban! Susuhdeej Kam Pu Chea (Cambodia)!

Volgende keer mijn avontuur in Cambodia, mijn vingers voelen klam van het schrijven en ik ben het zat om achter de computer te zitten, ik ga weer lekker de stad in!

Voor de laatste keer wat Vietnamees dan (mijn Khmer is nog niet zo goed);

Hen gap lai!

Jochem.

P.S. Weer een hele zwik foto's geupload, alles van mijn tijd in Vietnam! Nouja, het is natuurlijk maar een kleine greep uit alle foto's die ik maak maar het geeft wel een goed beeld bij het verhaal, enjoy!

Foto’s

12 Reacties

  1. Daan:
    16 juli 2010
    hela volgens mij ben ik te vroeg

    Ik ga 4 hele dagen!!! naar amsterdam nu, dus ik heb iets om naar uit te kijken als ik thuiskom. blij dat alles je nog steeds bevalt
  2. Chris:
    16 juli 2010
    Nu nog hopen dat die zalfjes en pijnstillers nog werkten ook.... zou mooi zijn.

    Langzaam komen we steeds dichterbij Phu Quoc!
  3. San:
    20 juli 2010
    Ik wist wel dat jij je zal vermaken in Viët Nam. Hopelijk kom je er ooit weer eens terug, want het is echt een gaaf land. Hopelijk heb je het ook naar je zin in Cambodja! Tip: bezoek daar ook de tempels waar het land ook bekend om staat. Ik hoor het wel hoe het je daar verder vergaat!
  4. Daan:
    17 augustus 2010
    update =[
  5. Thomas:
    18 augustus 2010
    heyy brother,

    zet eens een foto van je chickie op je blog man,
    we zijn allemaal heeeeel nieuwschierug!
  6. Ray:
    20 augustus 2010
    Heey stoere verhalen, je beleeft echt super veel:) Zijn je voeten inmiddels alweer genezen? We willen weer een verhaaltje vandaar!
  7. Jochem:
    21 augustus 2010
    Hey allemaal!

    Sorry, inderdaad nog geen update. Zoveel te vertellen en zo weinig tijd! Ik leef in ieder geval nog, zit nu in Thailand (Chiang Mai), samen met een vriendinnetje wie ik in Bangkok heb leren kennen en heb nog altijd een goede tijd. Dat was in Cambodia wel even wat minder (nee er is niets met mijzelf gebeurt hoor, maar de armoede daar maakte me een beetje depri) maar daar ben ik weer helemaal uitgekomen. Zal over een paar weken weer een nieuw bericht plaatsen, op zijn minst met mijn belevenissen in Cambodia!

    Chris & Ray: voeten waren door die medicijnen in Phu Quoc alweer helemaal de oude, Vietnam was inderdaad fantastisch en die tempels waar je het over hebt San heb ik inderdaad bezocht en Thomas, die foto's komen nog wel :)

    Groetjes!

    Jochem
  8. Daan:
    23 augustus 2010
    nice =]
  9. Heather:
    29 augustus 2010
    Het wordt tijd voor een update jongeman.
  10. Daan:
    29 augustus 2010
    gefeliciteerd met je broer ;D
  11. Daan:
    14 september 2010
    =(
  12. Gerry ter Mors:
    19 september 2010
    Jochem, waar blijven de verhalen?